Home / Pers / "Speelvogel" Bert Cosemans

PERS
 

"Speelvogel" Bert Cosemans

In gesprek met "Speelvogel" Bert Cosemans.
Een bijzonder gesprek over Doldraaien, GHB, Flikken en Studio Herman Teirlinck.

Al enkele weken schitteren Brigitte De Man, Bart Van Avermaet en Bert Cosemans in Doldraaien, een stuk van Robert Sian. In het Antwerpse Raamtheater is dit stuk na een seizoen niet het hebben gespeeld hernomen. Na de voorstellingen hadden wij gesprek met Bert Cosemans, die de rol van Jo McDonald vertolkte, de hoofdrol en tevens verteller van het verhaal.

Het stuk eerst, Doldraaien. Speelt u met veel plezier, neem ik aan?
Ja.
Hoe lang draait het stuk al?
We hebben dit stuk gecreëerd in 2003, denk ik. De reden waarom ik met de stok speel, is omdat ik in 2002 een accident gehad en daardoor had ik toen die stok echt nog nodig. We hebben dat hier gecreëerd, hier in het Raamtheater, anderhalf jaar geleden ongeveer. De directeur van het Raamtheater was zeer tevreden van die voorstelling en hij zei van “ik wil die voorstelling overnemen”. En dan met het gezelschap, met deze mensen hebben wij een soort van gezelschap. Het is geen Raamtheaterproductie. Het is een productie van onszelf, van onze groep Tableau.
U was toen ook al aan het spelen met de stok, of was dat met de repetities?
Nee, dat was ook al spelen.
Dus het speelt al lang eigenlijk?
Nee, we hebben toen een week gespeeld. Maar dan met ons gezelschap, Tableau. Gewoon een week de zaal gehuurd en betaald daarvoor. De directeur van hier was dan tevreden over de voorstelling, hij zei: “Ik wil die voor volgend jaar plannen, als een soort van coproductie. Wij zorgen dan voor de zaal en betalen jullie een maand loon.” Omdat wij, het gezelschap Tableau, geen subsidies hebben. We hebben bewust geen subsidies aangevraagd, gewoon om.. En de bedoeling is om jaarlijks een productie te maken. Met deze equipe. Robert, is een Schot, die het stuk geschreven heeft, schrijft de stukken altijd en dan regisseert ook. Dan is er nog een Nederlandse actrice ook en die zal het volgende stuk meespelen.
En met hoeveel zijn jullie in totaal?
We zijn met in totaal met vijf. En dan ook nog iemand van de techniek eigenlijk. Maar we zijn met vier acteurs, vijf creatieve mensen.
Robert schrijft altijd in het Engels, dit ook. Van deze productie heb ik de vertaling gemaakt en het vorige stuk is collectief vertaald geweest.
Het volgende stuk is Robert nu aan het schrijven. De bedoeling is om ergens in mei of juni er opnieuw mee naar buiten te komen. En de bedoeling was ook dat we waarschijnlijk naar Jura gingen gaan, met de hele groep. Een soort van werkvakantie, met de kinderen erbij. En gewoon ginder gaan zitten en gezellig wat brainstormen of wat repeteren, we zien wel, of wat wandelen.
We kennen elkaar al heel lang. Ik ken Robert al van ’91 denk ik. En ik heb heel veel met hem gewerkt. Hij als regisseur, ik als acteur. En met Bart ook en Brigitte. En met Simone ook, die andere actrice, die nu niet meespeelde. Het is echt zo een vriendenkliek. Elk oudjaar samen doordoen en dat soort dingen. Het is altijd met dezelfde mensen.
Waar komt dit stuk vandaan?
Dit heeft Robert, Robert Sian, gewoon zelf bedacht.
Hij werkt een beetje volgens het principe van Ken Loads, een Engelse regisseur die dingen schrijft, scènes schrijft. En die dan aan de acteurs geeft, die dan gaan improviseren.
Alles wordt opgenomen op video en daar wordt dan opnieuw uit geselecteerd en daar maakt hij dan opnieuw scenario’s van. Het is een soort van wisselwerking. Hij schrijft iets en de acteurs doen er iets mee, hij pakt het mee naar huis en hij maakt dan daar opnieuw scenario’s van.
Het volgende stuk zal waarschijnlijk iets meer in die richting zijn. Deze productie niet zo zeer, maar hij heeft dat wel bij alle andere projecten gedaan. Dit was gewoon een geschreven stuk. Het was zo af, vertaald en dan gewoon spelen.


“Eindelijk iemand die mij zelfvertrouwen heeft gegeven.”

Hebt u altijd al acteur willen worden?
Nee, nee. Dat is vrij laat pas gekomen.
Hebt u eerst andere dingen gedaan?
Nee, ik was niet de beste student. Ik was een speelvogel. Het laatste jaar van mijn collegetijd heb ik een paar dingen meegedaan, een paar cursussen gevolgd van drama en expressie, dansexpressie en dat soort toestanden. Ik wist echt niet, want ik heb economische gestudeerd. Het interesseerde mij totaal niet. Ik vond het verschrikkelijk, maar ik moest iets doen. Hè, een mens moet iets doen, nietwaar. Door economische te doen, wist ik al zeker dat ik dat niet wou doen. Dat is een van de voordelen.
Dan heb ik een paar cursussen gedaan en auditie op Studio Herman Teirlinck hier. Ik kom uit het verre Limburg en ik wist echt niet waar ik in terecht kwam. Zo, Jezus, in zo’n groot stad. En dan ook pas achteraf vernomen hoeveel mensen daar auditie doen en dan maar binnengeraken hier. Dat wil wel niet veel zeggen, het heeft veel meer met geluk te maken. Op het juiste moment toevallig de goede auditie doen of niet.
Want u bent binnengeraakt?
Ik ben binnengeraakt en dan ben ik mijn 4 jaar doorgesukkeld. Maar eigenlijk ben ik pas als acteur tot bloei gekomen in de eerste productie dat ik samenwerkte met Robert.
De school was heel streng en de directeur was verschrikkelijk, een boelie, een verschrikkelijke nurk. Ik had daar gewoon schrik van.
Ik zat met heel veel oudere medestudenten, bijvoorbeeld Stef Bos zat in mijn klas, Ernst Löw. Die waren allemaal ouder en die hadden iets meer maturiteit. Ik ben vanaf mijn achttiende vanuit Limburg hier in Antwerpen terecht gekomen en ik had zoiets van: “What the fuck is happening?!”
En na zo een jaar of 3, 4 dat ik bezig was, door die productie met Robert, eindelijk iemand die mij zelfvertrouwen heeft gegeven.
Dus over Herman Teirlinck bent u niet echt heel erg positief?
Jawel, ik heb heel veel techniek geleerd, de basis. Het goed leren praten, goed bewust zijn van hoe je op de scène staat, bewegingsleer. Interessante docenten die vertellen van dat moet je lezen en dan weten van: Ik heb nog niks meegemaakt, ik weet van niks, ik moet nog heel veel leren. Dat heb ik daar geleerd. En het was een beetje veel, daar geraakte ik niet over. Zeker omdat, ik had dan maar economische gedaan. Allé, maar, in mijn geval. Dus ik had geen Latijn gehad of zo. Ik had geen linken naar literatuur. Die bagage heb ik langzaam moeten bijkopen, terwijl dat ik acteur was. Maar is vooral eigenlijk door die producties met Robert en dan heb ik ook heel veel met hem gewerkt. En dat vond ik dan zalig. Hij had heel veel positieve kritiek, iets dat ik ook gebruikt heb toen ik zelf ben gaan regisseren, naar studenten toe. Dat ik wist uit mijn ervaring van: Je moet mensen niet afmaken. Je moet wel duidelijk zeggen hoe het staat. Maar je moet het vanuit positieve kritiek geven.
In die zin doet u dat anders dan u zelf op Herman Teirlinck gedoceerd kreeg?
Ja, daar was het gewoon afmaken, soms. De botte bijl daarboven.
Het is toch wel dé toneelopleiding in Vlaanderen?
Ja, ja. Nee, alhoewel. Toen ik begon, waren er vier. Je had Brussel, Antwerpen, Gent Conservatorium, en je had dan Herman Teirlinck. En Herman Teirlinck stond dan voor het fysieke theater en het Conservatorium was meer cinebrao, als je dan een soort onderscheid wilt maken. Teirlinck is ook opgegaan in het Conservatorium. Het conservatorium Brussel is afgeschaft en het conservatorium in Gent bestaat wel nog. Dat is dus allemaal enorm gecentreerd.

Bent u al snel voor tv gaan werken of pas veel later?
Nee, het eerste grote ding dat ik gedaan had was Jungleboek. Het was niet zo veel hoor, ik denk dat ik al bij al 10 draaidagen of zo heb gehad, dat is dus niet zo veel. Maar dat was dan ook voor het eerst.
Hebt u een duidelijke voorkeur tussen theater of televisie?
Theater. Gewoon, dat is fantastisch. Veel leuker.
Filmen op zich is gewoon, je bent veel meer afhankelijk van zoveel dingen. Van licht, van geluid, van klank.. Geluid en klank is hetzelfde. Er zijn zoveel dingen die erbij komen kijken.
Theater is prettiger werken?
Gewoon, je vertelt een verhaal van begin tot einde. Je hebt direct contact met het publiek, je merkt als het niet werkt. Zoeken naar een manier om het wel te kunnen vertellen. Ik vind het veel creatiever als voor tv werken. Maar het is niet dat ik het niet graag doe, maar ik vind gewoon theater leuker. En ik zal altijd proberen om van theater te blijven doen.
Dus tv daar maar bij dan?
Plus tv is ook gewoon een leuke financiële bijkomstigheid. Niet dat het zo dik betaald is, maar het is loon.
Met deze productie dan, krijg ik een maandloon. Maar hierna, GHB, het volgende stuk, is een vrije productie. Dat is dus niet betaald. We worden betaald voor de voorstellingen en als er volk zit. Een soort van deal. Dus dat is minder zeker. Maar dat zal een voorstelling zijn die wordt verkocht aan scholen, een soort preventie in geval met drugs. Ik bedoel, er zijn nu al heel veel aanvragen voor volgend jaar. En volgend jaar, als die productie een keer loopt en die scholen betalen een uitkoopsom, dat betekend dat je gewoon een vast bedrag hebt, dat dan wordt verdeeld onder techniek, acteurs en gezelschap. En daar kan je dan echt goed van leven.


“Maar nu is het twee weken echt heel druk geweest.”

Even snel nog over tv. Flikken, toch wel leuk om te doen?
Ja.
Hebt u daar veel werk aan?
Ja, nu toevallig. Het valt nu eigenlijk een beetje tegen. Nu, aflevering 1, 2 en 3 zit ik heel veel in, van het nieuwe seizoen. Het draait een beetje rond mij en Britt, heel veel. Ik kan niet zeggen wat, dat mag niet. Maar de pech is dat ik dus nu aan het spelen ben hier en het zijn heel veel nachtopnames. Bijvoorbeeld nu maandag- en dinsdagnacht moet ik in Gent gaan filmen, van 5 uur ’s avonds tot 5 uur ’s nachts. En overdag, normaal gezien ben ik ook dus aan het repeteren met die GHB. Dus ik ben aan het repeteren, aan het spelen en straks aan het opnemen. Ik heb twee dochters en een vrouw die mij helemaal niet meer zien. Het is nu nog een week druk. En het meeste van Flikken is al voorbij. Nu nog 2 nachten Flikken en 4 voorstellingen hier en dan is het alleen nog maar GHB.
Want u stopt met Flikken, neem ik aan? Nu Andrea er ook mee stopt.
Nee, want Andrea stopt na aflevering 5. We zijn nu 1, 2 en 3 aan het. Ik ga mee tot Andrea eruit gaat, geloof ik.
Ook gelijk het einde van Johan?
Ja, waarschijnlijk wel ja. Britt gaat niet dood, dat weet ik sowieso al. Maar Andrea gaat iets anders doen en de kans bestaat dat ze terugkomt, maar of ik er dan nog bij ben. Dat weet ik niet. Dat zien we dan wel.

Daar was ik nog benieuwd naar: Heeft u nog een favoriete acteur, een voorbeeld misschien wel?
De doorsnee acteurs, vooral de Amerikaanse acteurs. Al Pacino vind ik fantastisch. Ik vind bijvoorbeeld films van de gebroeders Coen ook geweldig.
U zei net al: “Druk, gezin met twee kleine kinderen”. Hoe doet u dat eigenlijk?
Nu is het even pompen. Mijn vrouw, nu op het moment heeft die het vrij rustig. En onthaalmoeders natuurlijk. Mijn vrouw moet maandag werken. Zij speelt in Thuis. Maar nu is het twee weken echt heel druk geweest. En moet je gewoon focussen op de juiste dingen.
Het blijft nooit maanden lang zo?
Nee, deze week moet ik nog zien door te geraken en dan…
Hoelang gaat Doldraaien nog door?
Nog een weekje nu.
En wanneer start uw nieuwe theaterstuk?
Die GHB is denk ik de première 12 januari, zoiets. En dan de nieuwe productie van Tableau is nog niet geschreven. Robert is ermee bezig, maar we weten nog niet wanneer of hoe.
Je hebt natuurlijk in Oostende elk jaar een theaterfestival. We hebben ons daar nu ingeschreven, zodat we zouden kunnen meedoen. Maar dat is nog niet beslist of dat het kan of niet. Maar de bedoeling is dus wel in het komende voorjaar uit te komen met een nieuwe productie.
Nog nieuwe projecten op televisie?
Nee. Nee, ik heb volgend jaar hier de openingproductie, een comedy. Op het Raamtheater op ’t Zuid, met Frank Aendenboom. En dan GHB wordt volgend jaar hernomen. En dan vermoed ik dat we volgend jaar opnieuw een nieuwe productie zullen maken en Doldraaien zal dan waarschijnlijk volgend jaar ook nog verkocht worden.
Dat wil dan zeggen dat het ergens anders heen gaat?
Ja, reisvoorstellingen. Dat zou wel de bedoeling zijn, ja.
Ik ga jullie echt helaas laten.
 

Dit 'interview' is exclusief en uitsluitend bedoeld voor BertCosemans.com.
Antwerpen - 5 december 2004